Oefening
1 tegen 1 met 2 kaatsers
- ¼ veld
- 6 - 6 spelers
- Passend voetbal
- 15 min
Doelstelling
Uitspelen van één tegen één situatie verbeteren
Afmetingen
- Lengte: 20 meter
- Breedte: 20 meter
Spelregels
- De spelers in het midden spelen 1 tegen 1 tegen elkaar
- De balbezittende speler in het midden kan zijn teamgenoten aan de buitenkant gebruiken als kaatser
- Als de speler in het midden de bal van beide kaatsers heeft ontvangen zonder dat de tegenstander de bal heeft aangeraakt, scoort de speler een punt
- Kaatsers mogen de bal niet naar elkaar spelen
- Als de bal uit is, speelt de kaatser van de balbezittende partij een nieuwe bal in
- Na 1 minuut wisselen van functie
- 4 voetballen4
- 4 pilonnen4
- 3 oranje hesjes, 3 blauwe hesjes6
Makkelijker of moeilijker maken
Aanvallen makkelijker maken
- Veld breder en/of langer maken
- Kaatsers mogen de bal wel naar elkaar spelen
Aanvallen moeilijker maken
- Veld smaller en/of korter maken
- Kaatsers maximaal 1 keer raken
Bedoeling van de oefening
Door middel van dribbelen in kansrijke positie komen
Voetbalhandeling - Dribbelen
Met de bal een afstand overbruggen
Aandachtspunten
- Raak de bal zo vaak dat je hem in looptempo in de goede richting mee kan nemen
- Laat de bal niet wegspringen
- Buig je bovenlichaam iets over de bal heen