Rinus

Doelstelling

Positiespel in opbouw verbeteren

Voorbereiding

Noteer de afmetingen van de veldjes van elke vorm en maak een schets van de verdeling ervan over het veld.

Dit heb je nodig

  • 4 voetballen4
  • 8 pilonnen8
  • 4 mini doelen van 3 bij 1 meter4
  • 2 pupillen doelen van 5 bij 2 meter2
  • 5 oranje hesjes, 4 blauwe hesjes, 2 gele hesjes11
  • 4 gele hoedjes, 8 oranje hoedjes12
3 tegen 2 met 4 kleine doeltjes

Oefening 1 - 15 min

3 tegen 2 met 4 kleine doeltjes

  • 20 meter
  • 30 meter
  • Beide teams kunnen scoren op twee kleine doeltjes
  • Als de bal uit is, indribbelen of inpassen voor de aanvallers, indribbelen voor de verdediger. 3x uit is doorwisselen
  • Bij een doelpunt, achterbal of hoekschop starten in het midden tussen de twee doeltjes door het drietal
  • (Eventueel) doorwisselen na elk doelpunt, achterbal of hoekschop
  • Na verloop van tijd wisselen team A en B van rol
  • 4 voetballen4
  • 4 pilonnen4
  • 4 mini doelen van 3 bij 1 meter4
  • 5 oranje hesjes, 4 blauwe hesjes9
  • 4 gele hoedjes, 8 oranje hoedjes12
Bekijk details
3 tegen 3 met 2 kaatsers positiespel

Oefening 2 - 15 min

3 tegen 3 met 2 kaatsers positiespel

  • 30 meter
  • 20 meter
  • Positiespel 3 tegen 3 met twee neutrale spelers
  • De twee neutrale spelers horen bij de partij die op dat moment balbezit heeft
  • Je probeert met een vast drietal de bal zo lang mogelijk in de ploeg te houden
  • Je kunt in balbezit de twee neutrale spelers ook gebruiken waardoor je 5 tegen 3 speelt in balbezit
  • Als de bal uit is, dan speelt de trainer weer een nieuwe bal in
  • Als je de bal tien keer rondspeelt zonder dat een speler van de tegenpartij de bal onderschept, krijg het team een punt
  • 3 voetballen3
  • 8 pilonnen8
  • 3 oranje hesjes, 3 blauwe hesjes, 2 gele hesjes8
Bekijk details
3+k tegen 3+k met grote doelen in 2 vakken

Oefening 3 - 15 min

3+k tegen 3+k met grote doelen in 2 vakken

  • 30 meter
  • 20 meter
  • Het speelveld bestaat uit twee vakken
  • De keeper en twee aanvallers starten de opbouw vanuit het eerste vak tegen één verdediger
  • In het andere vak staat een aanvaller en twee verdedigers + een keeper
  • De verdedigers mogen hun vak niet verlaten
  • De aanvallers die opbouwen schuiven één aanvaller door naar het tweede vak, waardoor het daar 2 tegen 2 wordt
  • De aanvaller die doorschuift naar het tweede vak kan dit doen door te dribbelen, of door te passen en door te bewegen
  • Beide teams kunnen scoren op een groot doel met keeper
  • Als de bal uit is, starten de aanvallers weer met de bal vanuit het eerste vak
  • Na 3x uit, wisselen van verdedigers
  • 4 voetballen4
  • 8 pilonnen8
  • 2 pupillen doelen van 5 bij 2 meter2
  • 4 oranje hesjes, 4 blauwe hesjes8
  • 4 gele hoedjes4
Bekijk details