Rinus
Training
Het positiespel in de opbouw (9)
- ¼ veld
- 4 - 5 spelers
- Passend voetbal
- 60 min
Doelstelling
Positiespel in opbouw verbeteren
Voorbereiding
Noteer de afmetingen van de veldjes van elke vorm en maak een schets van de verdeling ervan over het veld.
Dit heb je nodig
- 5 voetballen5
- 11 pilonnen11
- 4 mini doelen van 3 bij 1 meter4
- 2 pupillen doelen van 5 bij 2 meter2
- 5 oranje hesjes, 4 blauwe hesjes9
- 6 gele hoedjes, 8 oranje hoedjes14
Oefening 1 - 15 min
Doelschietspel met pionnen - niveau 2
- 15/20 meter
- 10/12 meter
- 8 - 10 - 12 meter
- Spelers kunnen scoren door de bal stil te leggen op vijf meter van het doel en te scoren.
- Als je in de hoeken scoort links of rechts van de pion = drie punten / bal in het midden = één punt. Wanneer je vijf punten of meer hebt ga je naar de volgende lijn (zeven meter). Wanneer je wederom vijf punten of meer hebt ga je naar de kampioenslijn (tien meter).
- Wie als eerste drie keer gescoord heeft vanaf de kampioenslijn is de Lion King.
- Wanneer je twee keer van een bepaalde lijn gemist hebt, dan ga weer een lijn dichter naar het doel toe.
- Punten tellen alleen wanneer de speler via het slootje terugdribbelt naar de beginpositie.
- Iedere speler één bal
- 5 voetballen5
- 11 pilonnen11
- 1 pupillen doel van 5 bij 2 meter1
- 5 oranje hesjes5
- 6 gele hoedjes6
Oefening 2 - 15 min
2 tegen 1 verdedigen op lijn
- 25 meter
- 10 meter
- Aanvallers dribbelen het veld in en spelen 2 tegen 1 tegen de verdediger
- De verdediger mag alleen verdediger op de lijn
- Als de aanvallers de verdediger hebben uitgespeeld kunnen zij scoren op het kleine doeltje
- De verdediger scoort een punt door de bal te controleren of buiten het veldje te schieten
- Na drie onderscheppingen wisselen van verdediger
- 4 voetballen4
- 4 pilonnen4
- 1 mini doel van 3 bij 1 meter1
- 4 oranje hesjes, 1 blauw hesje5
- 2 gele hoedjes2
Oefening 3 - 15 min
2 tegen 2 met 4 kleine doeltjes
- 20 meter
- 15/18 meter
- Beide teams kunnen scoren door te passen of te schieten in een van de kleine doeltjes
- Als de bal uit is, indribbelen. 3x uit is doorwisselen
- Bij een doelpunt, achterbal of hoekschop bij het eigen doeltje starten
- (Eventueel) doorwisselen na elk doelpunt, achterbal of hoekschop
- 4 voetballen4
- 4 pilonnen4
- 4 mini doelen van 3 bij 1 meter4
- 4 oranje hesjes, 4 blauwe hesjes8
- 4 gele hoedjes, 8 oranje hoedjes12
Oefening 4 - 15 min
4 tegen 4 met 2 grote doelen
- 30/40 meter
- 20 meter
- Beide teams kunnen scoren op een pupillendoel
- Als de bal uit is, indribbelen
- Bij een achterbal of hoekschop, indribbelen
- 4 voetballen4
- 4 pilonnen4
- 2 pupillen doelen van 5 bij 2 meter2
- 4 oranje hesjes, 4 blauwe hesjes8
- 2 gele hoedjes2
