Rinus
Training
Het positiespel in de opbouw (13)
- ¼ veld
- 4 - 8 spelers
- Passend voetbal
- 60 min
Doelstelling
Positiespel in opbouw verbeteren
Voorbereiding
Noteer de afmetingen van de veldjes van elke vorm en maak een schets van de verdeling ervan over het veld.
Dit heb je nodig
- 5 voetballen5
- 18 pilonnen18
- 1 pupillen doel van 5 bij 2 meter1
- 6 oranje hesjes, 6 blauwe hesjes12
- 8 gele hoedjes, 4 oranje hoedjes12
Oefening 1 - 15 min
Doelschietspel met keeper - niveau 2
- 15/20 meter
- 10/12 meter
- 8 - 10 - 12 meter
- Spelers kunnen scoren door de bal stil te leggen op 8 meter van het doel en te scoren
- Bal boven de lijn en hoog in het doel = 3 punten / bal onder de lijn en in het doel = 1 punt. Wanneer je 5 punten of meer hebt, ga je naar de volgende lijn (10 meter). Wanneer je wederom 5 punten of meer hebt ga je naar de kampioenslijn (12 meter)
- De speler die als eerste 5x scoort vanaf de kampioenslijn is de winnaar
- Wordt 2x achter elkaar van een bepaalde lijn gemist dan ga je weer een lijn dichter naar het doel toe
- Doelpunten tellen alleen wanneer de speler via het ‘slootje’ terugdribbelt naar de beginpositie
- Spelers om beurten laten keepen – keeper krijgt punten voor elke gestopte bal – wie is de master keeper?
- 5 voetballen5
- 9 pilonnen9
- 1 pupillen doel van 5 bij 2 meter1
- 5 oranje hesjes, 1 blauw hesje6
- 6 gele hoedjes6
Oefening 2 - 15 min
3 tegen 1 positiespel
- 10/12 meter
- 7/10 meter
- Als het drietal de bal 10x heeft rondgespeeld heeft het 1 punt
- Als de verdediger de bal verovert en onder controle heeft of als het drietal de bal uitschiet krijgt de verdediger 1 punt
- Bij 3 punten voor de verdediger komt er een andere verdediger
- 4 voetballen4
- 4 pilonnen4
- 3 oranje hesjes, 2 blauwe hesjes5
- undefined4 oranje hoedjes4
Oefening 3 - 15 min
2 tegen 2 met 2 kaatsers
- 20/25 meter
- 20/25 meter
- De spelers in het midden spelen 2 tegen 2 tegen elkaar
- De balbezittende partij in het midden kan zijn teamgenoten aan de buitenkant gebruiken als kaatser
- Als de balbezittende partij in het midden de bal van beide kaatsers heeft ontvangen zonder dat de tegenstander de bal heeft aangeraakt, scoort het team een punt
- Kaatsers mogen de bal niet naar elkaar spelen
- Als de bal uit is, speelt de kaatser van de balbezittende partij een nieuwe bal in
- Na 1 minuut wisselen van functie
- 4 voetballen4
- 4 pilonnen4
- 4 oranje hesjes, 4 blauwe hesjes8
Oefening 4 - 15 min
4 tegen 4 met pionnen
- 20 meter
- 30/40 meter
- Beide spelers kunnen scoren door de bal tegen een pion te passen-mikken
- Als de bal uit is, indribbelen
- Bij een achterbal of hoekschop, indribbelen
- 4 voetballen4
- 18 pilonnen18
- 6 oranje hesjes, 6 blauwe hesjes12
- 8 gele hoedjes8
