Oefening
1 tegen 1 van achteren
- ¼ veld
 - 6 - 8 spelers
 - O8 & O9
 - 15 min
 
Doelstelling
Scoren verbeteren
Afmetingen
- Lengte: 20 meter
 - Breedte: 15 meter
 
Spelregels
- De aanvaller aan de andere kant van het veld speelt de bal in op de inkomende aanvaller
 - Op het moment dat de aanvaller naar de bal beweegt, mag de verdediger starten met druk zetten in de rug van de aanvaller en wordt het een 1 tegen 1 situatie
 - De aanvaller scoort in de twee kleine doeltjes, de verdediger kan een punt scoren door de bal over de achterlijn te dribbelen
 - Als de bal uit is, doordraaien van functie
 - Punten bijhouden; wie scoort als eerste 5 punten?
 
- 2 voetballen2
 - 4 pilonnen4
 - 2 mini doelen van 3 bij 1 meter2
 - 4 oranje hesjes, 3 blauwe hesjes7
 - undefined3 oranje hoedjes3
 

Makkelijker of moeilijker maken
Aanvallen makkelijker maken
- Veld breder en/of langer maken
 - Kleine doeltjes verder uit elkaar plaatsen (meer naar buiten)
 - Verdediger verder van de aanvaller laten starten
 
Aanvallen moeilijker maken
- Veld smaller maken
 - Kleine doeltjes dichter bij elkaar plaatsen (meer naar binnen)
 - Verdediger dichter bij de aanvaller laten starten
 - Twee punten toekennen voor een doelpunt van de verdediger
 
Bedoeling van de oefening
Door middel van dribbelen in kansrijke positie komen
Voetbalhandeling - Schieten
Een doelpoging met de voet kan met wreef, binnenkant, buitenkant, punt of hak
Aandachtspunten
- Raak de bal met binnenkant voet
 - Meer aan de onderkant, dan gaat de bal omhoog, meer aan de bovenkant, dan blijft de bal laag
 - Standbeen licht gebogen, dicht bij de bal, voet meestal in speelrichting
 - Speelbeen iets naar buiten gedraaid, knie en enkel gebogen
 



