Oefening
3 tegen 2 met 4 kleine doeltjes
- ¼ veld
- 5 - 8 spelers
- O16 & O17
- 15 min
Doelstelling
Uitspelen van één tegen één situatie verbeteren
Afmetingen
- Lengte: 20 meter
- Breedte: 30 meter
Spelregels
- Beide teams kunnen scoren op twee kleine doeltjes
- Als de bal uit is, indribbelen of inpassen voor de aanvallers, indribbelen voor de verdediger. 3x uit is doorwisselen
- Bij een doelpunt, achterbal of hoekschop starten in het midden tussen de twee doeltjes door het drietal
- (Eventueel) doorwisselen na elk doelpunt, achterbal of hoekschop
- Na verloop van tijd wisselen team A en B van rol
- 4 voetballen4
- 4 pilonnen4
- 4 mini doelen van 3 bij 1 meter4
- 5 oranje hesjes, 4 blauwe hesjes9
- 4 gele hoedjes, 8 oranje hoedjes12
Makkelijker of moeilijker maken
Aanvallen makkelijker maken
- Veld breder en/of langer maken
- Doeltjes van het tweetal verder uit elkaar plaatsen (meer naar buiten)
- Verdedigers start halverwege het speelveld (meer ruimte en tijd)
Aanvallen moeilijker maken
- Veld smaller en/of korter maken
- Doeltjes van het tweetal dichter bij elkaar plaatsen (meer naar het midden)
Bedoeling van de oefening
Door middel van dribbelen of passen in kansrijke positie komen
Voetbalhandeling - Passeren
Een tegenstander uitspelen
Aandachtspunten
- Kijk voordat je je individuele actie maakt waar de verdediger positie kiest en waar ruimte ligt
- Speel de bal niet te ver voor je uit, houdt de bal onder controle
- Zorg dat je versnelt tijdens en na de passeeractie anders ben je makkelijk te verdedigen