Oefening
1 tegen 1 na richtingsverandering
- ¼ veld
- 4 - 12 spelers
- O10
- 15 min
Doelstelling
Uitspelen van één tegen één situatie verbeteren
Afmetingen
- Lengte: 20 meter
- Breedte: 10 meter
Spelregels
- De aanvallers dribbelen gelijktijdig naar de overkant
- Als ze elkaar tegenkomen in het midden, veranderen ze 180 graden van richting en proberen ze de speler over de lijn te passeren
- Verdediger mag loskomen van de lijn, zodra de aanvaller van richting is verandert
- Aanvaller scoort een punt als de bal over de startlijn wordt gedribbeld
- Verdediger scoort een punt als de bal buiten het veldje wordt gedribbeld
- Als de bal uit is, of als er gescoord is, wisselen van functie
- 4 voetballen4
- 6 pilonnen6
- 4 oranje hesjes, 4 blauwe hesjes8
- 3 gele hoedjes3
Makkelijker of moeilijker maken
Aanvallen makkelijker maken
- Veld breder en/of langer maken
- Verdediger mag alleen op de lijn verdedigen
Aanvallen moeilijker maken
- Veld smaller maken
- De bal nogmaals terugkappen op de achterlijn en de andere verdediger passeren over zijn achterlijn
Bedoeling van de oefening
Door middel van dribbelen in kansrijke positie komen
Voetbalhandeling - Dribbelen
Met de bal een afstand overbruggen
Aandachtspunten
- Raak de bal zo vaak dat je hem in looptempo in de goede richting mee kan nemen
- Laat de bal niet wegspringen
- Buig je bovenlichaam iets over de bal heen