Rinus
Training
1 Beoordeling
Het juiste moment diep spelen in de opbouw (7)
- ¼ veld
- 5 - 7 spelers
- O10
- 60 min
Doelstelling
Dieptespel in opbouw verbeteren
Voorbereiding
Noteer de afmetingen van de veldjes van elke vorm en maak een schets van de verdeling ervan over het veld.
Dit heb je nodig
- 4 voetballen4
- 6 pilonnen6
- 2 mini doelen van 3 bij 1 meter2
- 2 pupillen doelen van 5 bij 2 meter2
- 6 oranje hesjes, 6 blauwe hesjes12
- 6 gele hoedjes, 8 oranje hoedjes14
Opstartvorm - 5 min
1 tegen 1 na contactsprong
- 20 meter
- 25 meter
- Er worden tweetallen gemaakt die naast elkaar op de lijn komen te staan
- Op het signaal van de trainer springen de spelers tegen elkaar op met hun schouder of borst
- Daarna sprinten de spelers weg richting de bal en wordt er één tegen één gespeeld
- De speler die als eerste bij de bal is, kan een punt scoren door deze over de achterlijn te dribbelen
- 3 voetballen3
- 6 pilonnen6
- 6 oranje hesjes, 6 blauwe hesjes12
- 6 gele hoedjes6
Oefening 1 - 15 min
Lion King met kleine doeltjes
- 30 meter
- 20 meter
- De spelers proberen, dribbelend met een bal, vanuit hun pion naar het middelste vak (de leeuwenkuil) te dribbelen en terug
- De speler(s) in het vak (leeuw) probeert de bal uit het vak (leeuwenkuil) te houden door deze af te pakken, hij scoort een punt als hij deze vervolgens in een van de kleine doeltjes schiet
- Als de bal aangeraakt is, ga je eerst terug naar de pion waar je begonnen bent
- Als de speler het lukt om terug te keren in het vak, zonder dat de bal door de leeuw aangeraakt is, mag hij een hoedje op zijn pion leggen
- De speler die als eerste vijf hoedjes op de pion heeft, is de winnaar
- Na 90 seconden wisselen van leeuw
- Wie scoort de meeste punten?
- 4 voetballen4
- 4 pilonnen4
- 2 mini doelen van 3 bij 1 meter2
- 4 oranje hesjes, 1 blauw hesje5
- 4 gele hoedjes, 4 oranje hoedjes8
Oefening 2 - 20 min
3+k tegen 2+k grote doelen
- 30/35 meter
- 15/18 meter
- Beide teams kunnen scoren op een groot doel
- Als de bal uit is, indribbelen of inpassen voor het drietal, indribbelen voor het tweetal. 3x uit is doorwisselen
- Bij een doelpunt, achterbal of hoekschop starten bij de keeper van het tweetal
- (Eventueel) doorwisselen na elk doelpunt, achterbal of hoekschop
- Keeper aanvallers mag alleen op de eigen helft meevoetballen
- Na verloop van tijd wisselen team A en B van rol
- 4 voetballen4
- 4 pilonnen4
- 2 pupillen doelen van 5 bij 2 meter2
- 6 oranje hesjes, 5 blauwe hesjes11
- 6 gele hoedjes, 8 oranje hoedjes14
Oefening 3 - 20 min
4+k tegen 4+k, lang smal veld, grote doelen
- 45/50 meter
- 10/15 meter
- De teams kunnen scoren op een groot doel met keeper
- Als de bal uit is, indribbelen
- Bij een hoekschop starten bij het eigen doeltje
- 4 voetballen4
- 4 pilonnen4
- 2 pupillen doelen van 5 bij 2 meter2
- 6 oranje hesjes, 6 blauwe hesjes12
- 4 gele hoedjes, 8 oranje hoedjes12
